Nieuw onderzoek daagt al lang bestaande overtuigingen uit over onze impuls om onszelf te dienen boven de behoeften van anderen.
Hoewel psychologen al lang het gevoel hebben dat ons natuurlijke instinct is om egoïstischer te zijn, kan het onderzoek van de Vrije Universiteit in Amsterdam die interpretatie verstoren.
Voor de studie, die werd gepubliceerd in een tijdschrift van de Association for Psychological Science, zochten onderzoekers op basis van een screeningvragenlijst gehuwde personen met zowel hoge als lage zelfcontrolescores.
Dit onderscheid wordt als belangrijk gezien, omdat zelfopoffering vaak wordt gezien als een daad van hoge zelfbeheersing.
Als onderdeel van het onderzoek kregen koppels te horen dat ze met 12 verschillende vreemden moesten praten en hen gênante vragen moesten stellen.
Hoewel dit nooit werd uitgevoerd, kozen de deelnemers met een hoge zelfbeheersing er meestal voor om de last te verdelen. Degenen met een lage zelfcontrole bleken meer zelf de last op zich te nemen.
“Degenen met een lage zelfbeheersing werden gevonden
om meer van de last op zich te nemen.”
Terwijl de deelnemers met een lage zelfbeheersing verrassend genoeg meer opofferden voor hun partners, bleken ze tegelijkertijd minder grootmoedig te zijn op gebieden zoals vergeving.
“Al tientallen jaren gaan psychologen ervan uit dat de eerste impuls egoïstisch is en dat er zelfbeheersing voor nodig is om zich pro-sociaal te gedragen”, zegt hoofdonderzoeker Francesca Righetti. “We geloofden niet dat dit in elke context waar was, en zeker niet in hechte relaties.”
Righetti zei dat dit een voortdurend en veel voorkomend probleem is voor koppels, waarbij de verlangens van de ene partner vaak op de achtergrond raken ten opzichte van wat de andere partner wenst.
“Of het nu gaat om welke activiteiten je in je vrije tijd doet, met wiens vrienden je uitgaat of in welke stad je gaat wonen, relatiepartners hebben vaak te maken met uiteenlopende interesses”, zegt ze.